Peacenomad
Achter de voordeur op de deurmat ligt een envelop met daarop met sierlijke letters mijn naam en adres geschreven. Het is 13 December 2023 en in dit digitale tijdperk waarin het lijkt dat enkel de belastingdienst nog volhardt om op papier en in de bekende blauwe envelop mij de groeten te doen, verrast mij dit.
Het handschrift komt mij niet bekend voor, rechtsboven in de hoek is een rode postzegel geplakt met daarop ‘Europe’ en onder mijn adres is ‘Pays-Bas’ geschreven.
Ik pak de envelop van de mat en zie dat op de achterzijde een visitekaartje is geplakt. Nu wordt mij duidelijk van wie deze post afkomstig is.
Een half jaar eerder…
Het is 15 Juni 2023 rond tien uur ’s avonds. Mijn telefoon gaat en aan de andere kant van de lijn stelt een mevrouw uit Hellendoorn zich voor. Ze vraagt: U verhuurt toch kamers in Nijverdal? Ik antwoord haar bevestigend en ze vervolgt met dat zij een oudere mevrouw met hond ‘min of meer van de straat opgepikt heeft’. De vrouw is op zoek naar onderdak, is al uren aan het ronddwalen in de omgeving en of ik een bed voor haar beschikbaar heb. De belster heeft zelf namelijk geen gelegenheid voor opvang. Ze is bereid om de vrouw met hond naar Nijverdal te brengen in haar auto.
Als ik vraag de vrouw aan de telefoon te mogen spreken, legt deze met een Belgisch-Frans accent uit dat ze met een wandeltocht bezig is, zij en haar hond inmiddels redelijk uitgeput zijn en ze smeekt mij bijna om de nacht in mijn accommodatie door te mogen brengen.
Ik leg haar uit dat ik geen honden toelaat in de kamers die ik verhuur en dat ik mijn twijfels heb wie ik eventueel in huis haal.
Niet dat ik helemaal verrast ben omdat ik wel vaker een gast gehad heb die onder noemer Paradijsvogel geplaatst kan worden, maar die had dan wel via de gangbare weg van te voren gereserveerd.
De vrouw verzekert mij dat haar hond goed opgevoed is en zeker niet voor problemen zal zorgen en omdat ik het zowel voor de vrouw als voor de hond het niet over mijn hart kan verkrijgen om hen de nacht in de openlucht door te laten brengen, spreek ik af dat ze dan maar met hond in het bijgebouw bij mijn woning moet overnachten. Ik heb daar mijn privé mini wielermuseum en heb er een bed staan voor de warme nachten. Het is er namelijk heerlijk koel en mijn collectie maakt het tot een bijzondere plek om te slapen.
Twintig minuten later stopt een stationcar voor de deur, de bestuurster -de vrouw uit Hellendoorn – stapt uit en van de bijrijderskant komt mij een vrouw tegemoet die ik het beste kan omschrijven als Caroline Ingalls, de moeder uit de televisieserie ‘Little house on the prairie’. Ze is gekleed in een lange rok met daaroverheen een soort van vilten lange jas. Daaronder zelfgebreide kousen en stevige wandelschoenen. Op haar rug een rugzak en in haar handen twee wandelstokken vervaardigd van takken uit het bos.
Als de achterklep van de auto opengaat, springt er een hond uit van het formaat ‘kalf’ en met een vacht waar een Grizzly beer jaloers op zou zijn.
Er schiet mij een zinnetje door mijn hoofd die al wel vaker door mijn hoofd geschoten is.
“Dit heb ik weer”. Maar ja, wie A gezegd heeft moet ook B zeggen.
De mevrouw uit Hellendoorn heeft in mijn beleving een opgeluchte blik, stapt in en rijdt met gezwinde vaart weg.
De tot voor kort dakloze stelt zich voor als Christine en peacenomad. En ik denk als nuchtere Groninger, “ ja, dat kan er ook nog wel bij”.
Eerst maar naar de slaapplek. De hond kan volgens Christine wel de nacht vastgebonden in de tuin doorbrengen, maar als zij zich aan het opfrissen is in mijn badkamer, laat die luidkeels horen het daar niet helemaal mee eens te zijn. En daar zijn mijn buren het waarschijnlijk dan weer niet mee eens. Ze heeft de hond een bak eten gegeven waar binnen een mum van tijd tientallen vliegen op af komen, dus dat is ook niet echt een succes.
De grenzen van mijn comfortzone worden degelijk op de proef gesteld, maar ik weet ze nog wat verder op te rekken. De hond dan ook maar naar binnen en morgenochtend zien wat er over is van mijn met zorg opgebouwde collectie wielerattributen en vintage racefietsen. Tenminste, dat is de gedachte waarmee ik ga slapen.
De volgende morgen krijg ik een visitekaartje van Christine met daarop onder andere haar website die ze blijkt te hebben. Belangstellend – om het niet nieuwsgierig te noemen – als ik ben, bekijk ik dat direct op mijn laptop en het blijkt dat ze reeds vanaf 1995 met een vredesproject met duidelijk christelijke inslag bezig is. In 2014 is ze gestart met pelgrimstochten en haar ‘7000 kilometer voor vrede’ project, zoals zij dit zelf noemt.
Bij mij rijst de vraag hoe zij denkt vrede te kunnen bewerkstelligen door haar solo wandeltochten. Tegelijkertijd is het natuurlijk heel mooi dat je als mens de overtuiging hebt dat wel op deze manier denkt te kunnen bereiken en daar vol voor te gaan. Vrede is voor iedereen van onschatbare waarde en Christine draagt op haar manier er een steentje aan bij. Hoe klein haar invloed ook moge zijn. Elke persoon die zij kan overtuigen van de waarde van vrede is er immers één.
Nadat ze haar dagboek heeft bijgewerkt nemen we afscheid en verdwijnt ze met hond uit mijn zicht.
Nu dus een haf jaar later ligt er de envelop op mijn deurmat met daarin een kerstkaart. Ook al zijn wij totaal verschillende mensen en had ik zo mijn bedenkingen voor en tijdens haar bezoek, ben ik haar dankbaar voor dit gebaar. Het doet mij goed.
Christine kondigt op haar website aan dat in 2024 een boek van haar hand zal verschijnen over haar vredesproject. Ik ben benieuwd of en hoe zij haar verblijf in Nijverdal zal beschrijven en zelf heeft beleefd.
Ik wens Iedereen nu alvast een fijne kerst en voor ieder mens die zich nu in gebieden bevindt waar geen vrede heerst, een zo spoedig mogelijke verandering daarvan. En daar waar op micro niveau ‘vrede’ gesloten kan worden, wens ik dat dat voor een ieder bereikbaar zal zijn.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!